franfotoblog

27 | 1 | 2021
63

Waaghals | Casse-cou

“L’aviateur Lemartin est transporté, mourant, en ambulance, Vincennes, 18 juin 1911”. 

Vakmanschap anno 1911. En nog steeds actueel, ik zou het niet anders hebben gedaan. Oorzaak en gevolg in één beeld. De beeldopbouw volgt onze manier van lezen: eerst het nummer van het wrak, linksonder, dan de puinhoop en het onderzoek, vervolgens de politie en uiteindelijk de officials en de nieuwsgierigen. En tenslotte de eindconclusie; de man in het wit verlaat dit beeld. Hier valt niets meer te redden.  

De fotograaf heeft net zo lang gewacht tot alle acteurs hun ultieme positie hadden ingenomen. Zelfs het paard kijkt goed. 

Van de puinhoop tot de dokter met bolhoed; alles draait om het gekreukte fietswiel op de grond. Het ultieme symbool van een persoonlijke tragedie. Kwetsbaarheid, die niet meer te repareren valt. Hemelbestormers in sinaasappelkistjes. 

Leon Lemartin was de eerste piloot ter wereld die op 3 februari 1911, zeven passagiers in zijn Blériot XIII Aerobus meenam. Een maand erna waren dat er al 13. Helaas werd z’n snelheidsrecord van 24 mei niet erkend. Tijdens de race Parijs - Londen - Parijs, op de 18e juni, stortte hij vlak na de start voor de ogen van een miljoen toeschouwers neer in het park van Vincennes. Hij was toen 27 jaar oud.

24 | 1 | 2021
62

Schaars

Begin met de schoonheid van het detail. En dan hoe je vanuit iets abstracts een werkelijkheid kan maken. ‘Ellsworth Kelly’ zingt het zachtjes. Dat zou een ingang kunnen zijn. Strakke figuratieve vormen in zijn schilderijen. Catawiki heeft het dan over: “Hard Edge, een substijl van postabstract-expressionisme”. Er zijn steeds langere namen nodig om Kunst te kunnen duiden. 

Dit zijn afgeknipte stukjes film, de laatste endjes. Analoge relikwieën. Je knipte ze los en gooide ze weg. Ik heb een zwak voor dat transparante schuine lijntje op links. Als je het uitvergroot zie je opeens dat er ook nog een bibberig blauw lijntje een denkbeeldige kustlijn langs de rand van een afgrond volgt. Kleur in zwart/wit! 

Niets aan geretoucheerd. Alle stof, vlekken en haartjes zitten er nog op. Op links zijn er kalkresten zichtbaar. De film is in een gebied met hard water gespoeld, het laatste straaltje is in een spoor van kalkvlekken opgedroogd. Geen Kodak Photoflo gebruikt. Die kalk zat altijd op de glimmende kant, je poetste het makkelijk weg. 

Ik kan bij simpele tegenstellingen nooit kiezen tussen twee partijen. Hier wit en zwart, maar welke is nu het belangrijkst? Wit, hoop ik. Het liefst zou ik dat zwarte negeren, maar ik snap dat het wit alleen bestaat door die donkerte. 

Als ik door m’n wimpers kijk, zie ik op links boven een zwart stuk land, een zonsopkomst of -ondergang, waargenomen onder een afdak, tentdoek of een autodak. Dan weer een guillotine. Op rechts kom ik niet veel verder dan een voordeurbel, een openstaand schuifluik of dominosteen. 

Alles verzonnen vanuit eerdere ervaringen; alles om maar een houvast te hebben.

17 | 1 | 2021
61

Huid & Honger

Leestekens aan de muur, mededelingen voor iedereen, ik kan er m’n ogen niet vanaf houden. Iedere boodschap heeft wel weer banden met andere. Links, bij mij om de hoek aan de Boerenwetering. Rechts, een foto van Cas Oorthuys uit de Hongerwinter. 

Die foto van Oorthuys ben ik nooit meer vergeten, sinds ik ‘m voor het eerst zag in een multimedia presentatie van Jeroen de Vries op de Dam. De foto van een uitgemergelde vrouw die een broodkorst naar binnen probeert te werken van Oorthuys, ging de hele wereld over met de reizende fototentoonstelling ‘The Family of Man’. Ze heeft dezelfde iconische kwaliteit als ‘Migrant Mother’ van Dorothea Lange. Allemaal oermoeders die lijden.
Maar bij deze foto moet je meer moeite doen om je voor te stellen waarom hij hier een foto van nam. Misschien pure registratie, nu of nooit, krijtletters zijn er maar even. 

“Zwarte Handel”, “Honger”, “Eist meer Brood” en “Kut”. Prelude, Thema & Uitleg. Kortere morsesignalen uit de Hongerwinter kan ik me niet voorstellen. Verstomde kreten van uitgehongerde Amsterdammers op een dichtgetimmerde woning. Het is vooral om dat “Kut” dat ik me er bij betrokken voel. Ook toen al het woord der woorden. 

Het lijkt wel of hier drie schrijvers bezig zijn geweest. “Eist” doet niet onder voor de eerste beste politieke slogan, dwingend en bescheiden. “Brood” geeft aan dat basisvoedsel al voldoende zou zijn, ze toch echt niet het onderste uit de kan eisen. Maar “Honger” is het hoofdonderwerp. Groot geschreven om aandacht te trekken, een keiharde cliffhanger. “Zwarte handel” krijgt geen verdere uitleg. Het is de hoogste regel, waarschijnlijk ontbrak de kracht om nog verder te schrijven.