franfotoblog

03 | 03 | 2021
73

Klagend gepiep

Het waren felgekleurde houten plankjes met een handvat. Zo’n blad schoof je de boekenkast in als je er een boek uithaalde, om het op dezelfde plek terug te kunnen zetten. De kinderbibliotheek zat op de Laat, naast de Dominicuskerk, en er zat een strenge juffrouw bij de uitgang, die afstempelde: “Ik geloof niet dat dit een boek voor je is”. Iedereen had het gehoord. 

Ik zorgde er altijd voor dat er in de boeken die ik meenam, plaatjes stonden. Je kon meteen zien waar het over ging, het maakte de tekst luchtiger, en er bestonden twee versies van het verhaal. Maar het belangrijkste vond ik de verbeelding van stukjes tekst. Waarom een tekenaar dat had uitgekozen, welke stijl hij had en of ik me daar in kon vinden. Favorieten waren Wim Bijmoer, Ernest Shepard, Carol Voges, Frans Lammers, Carl Hollander, H. Berserik of Eppo Doeve. Hergé, Jijé en Franquin waren natuurlijk veel  swingender, maar dat waren stripverhalen en die hadden ze alleen bij de kapper in de leesmap. 

Met dit plaatje van Paul die ‘s avonds naar beneden kwam omdat hij niet kon slapen, had ik geen moeite. Natuurlijk was die jurk ouderwets, maar wat een prachtig licht. Alsof hij heilig was, de onschuld zelve. Het had een foto kunnen zijn. Wel eigenaardig dat het felle licht nauwelijks voor schaduwen zorgde. Het onderschrift versterkte deze spookachtige sfeer: ”De deur ging zachtjes open met een klagend gepiep”. Nu ging het gebeuren. Dáár moest je meer van weten. 

Zo voelt het om schuldbewust, ‘s nachts de trap af te komen om iets verschrikkelijks aan je moeder te moeten vertellen. Maar beter dat, dan maar niet te kunnen slapen. Ze weet altijd raad. 

Illustratie: O. Geerling, uit “Een levenslustig Troepje” van E. de Pressense (1899)

28 | 2 | 2021
72

Als Uw machtige arm het wil

Ik ben niet goed in het timen, maar dit komt aardig in de buurt. Niets achteraf afgesneden! Als je lang met hetzelfde toestel werkt, weet je blindelings wanneer iets nog net in beeld is. Anders maak je later nóg zo’n foto. Die achtergrond loopt niet weg

Ik word altijd aangetrokken door het gebruik van fotografie op straat. Of er nou repro’s hangen of mensen er zelf mee bezig zijn. Wie zou dit prachtige paneel hebben verzonnen? De overheid of de aannemer? Was dit wel het hele beeld? Zo leek het eerder of de afbeelding was aangesneden. Stratenmaker met open rug, een gele grijparm zorgt voor de op en neer beweging. ‘Mensmachine’ het ideaal uit de dertiger jaren en later een hit van Kraftwerk. 

Had ook “De opperste Leider van onze Sovjet legt de eerste steen” kunnen zijn. Of begraaft hij hier het ‘Wiel der Vooruitgang’? Om de vaart er in te houden moesten er nog wat extra wielen bij om die gedachte realiteit te maken. Ik hoefde niet lang te wachten. 

Een gigant lijkt zich neer te leggen bij het gedrag van een lilliputter, die zich nergens van bewust is. Doet me denken aan de algemene spoorwegstaking van 1903 en de krachtige verbeelding daarvan door Albert Hahn. Een echte klassieker.

Bouwvakfotograaf onbekend
24 | 2 | 2021
71

Dagkastjes

Iets langs de rand van de straat zetten is niet makkelijk. Ik moet er altijd iets voor overwinnen. Wat jaren privé bleef komt nu in de openbaarheid. Slaapkamergeheimen op straat. Het voorjaar roept. 

Het raadselachtige aan tweelingen is de schijnbare ontkenning van het individu. Omdat je voor herhaling vatbaar lijkt, ook vervangbaar bent. Hier geldt dat niet. Het ontwerp voor deze kastjes is te individualistisch. Alles is te hoekig, niet echt commercieel. Vast zelfgemaakt. 

Kastjes met vleugels. Dezelfde vinnigheid die je in de ontwerpen voor auto’s tegenkomt vanaf het midden van de vijftiger jaren. Vliegtuigstaarten of haaienvinnen, alles leek sneller te moeten. Booming economy, ik krijg de helm van Hermes en zijn gevleugelde enkels hier maar niet uit m’n gedachten. 

De vorm van de knop op die klep die nog steeds in iedere bouwmarkt is terug te vinden, de dikte van het hout en het gebruik van fineer, ieder onderdeel geeft je het gevoel dat hier met plezier, vast in de avonduren, aan iets gewerkt is dat als uniek werd ervaren. Hoe iemand, stug doorwerkend, fantaseert over de verrassing bij het aanbieden.  

De nopjes moeten glazen plaatjes hebben gedragen. Houten dragers had je vastgelijmd of geschroefd. Ik weet niet of ik deze foto had gemaakt als de klep van het voorste kastje ook open had gestaan. Nu lijkt het alsof die uit het achterste kastje is voortgekomen. Ladies and gentlemen, a new generation of nightkastjes!
En daar staat die dan op z’n wankele pootjes, als een pasgeboren lammetje. Het voorjaar kan beginnen.