Messer im Kopf
Sinds ik de serie ”Beauties of the common tool” van Walker Evans heb gezien, kijk ik anders naar gereedschap. Hij wilde de schoonheid van het ontwerp en het materiaal laten zien: “Among low-priced, factory produced goods, none is so appealing to the senses as the ordinary hand tool. Hence, a hardware store is a kind of offbeat museumshow for the man who responds to good, clear ‘undesigned’ forms.” - Walker Evans, Fortune 1955
De aandacht voor gebruiksvoorwerpen was voor Evans belangrijk. Zijn manier van denken en kijken werd er door versterkt; nooit iets romantiseren. En altijd goed opletten, nergens overheen kijken, alles is bruikbaar. Eigenlijk het uitgangspunt van iedere verzamelaar, jutter, morgenster of hoarder. Je krijgt er nooit genoeg van.
Het kwam ook door de manier waarop Evans dat gereedschap had gefotografeerd. Alles met zacht licht. Op de originele afdruk van een prachtig slank tangetje kan je een vage schaduw van het voorwerp naar de witte achtergrond zien lopen. Hij legde het gereedschap op een pootje, verdekt opgesteld onder het voorwerp. In de publicatie is dat verdwenen door het tegenhouden tijdens het afdrukken, of weggeretoucheerd.
Zwevend staal in een witte ruimte. Geen schaduw meer, los van het aardse bestaan. Geen geschiedenis meer, los van iedere dimensie. Het is ook de ontkenning van de zwaartekracht, waardoor dit kleine gereedschap een extra glans kreeg dat ze daarvoor niet had. Nog steeds geldig.
Afbreekmes gevonden in de Prinsenstraat, Amsterdam