Brusselaer
Carmiggelt, alleen de naam al. Dan die morsige stukjes. Verfijnde observaties in een puntige stijl. Een dagelijkse observatie in Het Parool: Kronkel. Over vermoeide levens. In de tijd van de Opbouw eindelijk een realistische stem. Amsterdammers en hun cafés; een begrip dankzij hem. Eigenaardig dat ik pas in Brussel de passende sfeer vond om iets terug te doen.
Bestseller
Horizontale lijnen maken me altijd rustig. Als ze doorbroken worden door een diagonaal wordt het spannend. In m’n naïviteit denk ik altijd dat de Russische constructivisten ook voor de arbeiders werkten, niet alleen voor de Aesthetiek. Bij hen is de diagonaal altijd dynamisch. Aflopend of oplopend, er ontstaat vaart. Revolutie!
Dit is een verbouwing van een filiaal van de keten ‘Bestseller’ op de hoek van de Ceintuurbaan en de Ferdinand Bolstraat in Amsterdam. Voorheen de kledingwinkel ‘Metro’, waar het altijd uitverkoop was (voordat de metro er onder door ging). De lange jalouzie-achtige ramen boven de etalageruiten doen denken aan de twintiger jaren. Ik ken ze ook als bovenlichten in klaslokalen van Amsterdamse scholen.
Lijnen in beeld vormen hokjes, het begin van ordening. Ik hield de man in het blauw in de gaten, en z’n maat om de hoek fungeerde als spiegelbeeld. Het is handig als je een stelling afbreekt om dat in het zelfde tempo te doen en met dezelfde onderdelen. Het zijn dezelfde handelingen, maar de een kan net een fractie eerder dan de ander zo’n looplank uit de steiger verwijderen.
Sinds wanneer zijn bouwvakkers eigenlijk halflange broeken gaan dragen? Zijn ze liever op de camping? Ik zie altijd Angus Young van AC/DC voor me, of de afgezakte boxersbroeken van gangstarappers. Dat mannen graag hun gespierde kuiten (anders werkt het niet) laten zien; eindelijk eens wat anders. De horizontale broekband en een verticale spleet; dat bouwvakkersdecolleté kennen we nu wel.
Kodak Cadeau
Ik had toch duidelijk m’n bedoelingen met het kopje ”Kodak Kado”, maar de automatische spellingscontrole besliste meteen anders. De verwijzing naar dit reclamespotje voor ‘Kodak Instamatic’ (1971) van Van Kooten en De Bie vervalt hierbij.
Als ik even later de scan van een Kodak ontwikkelzakje in ‘Finder’ wil dupliceren, krijg ik weer iets anders te zien. Hij vertaalt het naar een placemat met licht verlopende tinten. Ergens in me zingt het zachtjes: ‘The Lunatics have taken over the Asylum’ (Fun Boys Three, 1982). De kleuromvang is een verloop van volgeel tot bleek beige. En het rood van Kodak heeft nooit bestaan.
Eigenlijk wilde ik het alleen maar hebben over de wonderbaarlijke terugkeer van deze retourenveloppe. Het wonder van het weggooiproduct dat terugkwam. Vroeger zelf vaak gebruikt. Diafilm ging naar een ontwikkelcentrale. En Kodachrome kon alleen terug naar Kodak. Bij aankoop kreeg je er deze enveloppe bij, die dan naar ‘Duitsland’ moest.
Het verbaasde me iedere keer dat je een filmcontainer in zo’n plat zakje kreeg. Als dat maar niet openbarstte, dat dun metalen sluitlipje stelde echt niks voor. Zo was je zorgvuldig geschoten materiaal wel erg gemakkelijk voor anderen toegankelijk.
Maar ik heb alles altijd keurig en volledig teruggekregen.
In dit voorbeeld heeft ‘cliënt Verlaat’ het naar de fotowinkel terug laten sturen. Dat ‘Foto Sunset’ bestaat niet meer. Als ik die zoekterm op Google gebruik krijg ik veel foto’s van de ondergaande zon in Amsterdam. Zij weten het ook weer beter.