franfotoblog

21 | 11 | 2020
46

Doorkijken & Doorzien

Foto 1 lijkt opener dan foto 2. Ze hebben te maken met de zwervende blik. Ik zoek altijd houvast in een detail om daarna  door een afbeelding te dwalen, de eerste indruk nog nazoemend in m’n hoofd. Je hoopt daarbij op het end met dat detail als gids, een oplossing te hebben voor dit visuele reisje. 

Op links zet een ikoonachtige verbeelding van een vrouw de toon. Oké, dit gaat over kunst, geschiedenis, traditie en exotiek in een kale omgeving. Dat gevoel wordt voortgezet in het tweede affiche voor een Rodin tentoonstelling. Weer kunst etc., herhaling/bevestiging. Het derde doorkijkje wijkt af. Dit is anders, dit is de realiteit. Als een soort flipperbal schieten je ogen terug langs Maria, en de Denker naar iets vaags dat op bebouwing lijkt, een woonwijk of is het een stuk snelweg? Icoon + Rodin is woonwijk? 1+1=2 Maar 3 wil daar niets mee te maken hebben. Zeer onbevredigend. Kunst geeft niet altijd troost. Misschien wordt m’n speurtocht beloond als ik m’n blik recht omhoog richt? Nog een detail. Maar van wat? Een zonnescherm? Ander affiche? (Klik op de foto). 

De foto op rechts vind ik nog lastiger. Ook hier zwerft m’n oog door de foto, maar kan maar niet tot een conclusie komen. Staat ie niet op z’n kop? Alle details lijken even belangrijk. Een ware wildernis. Moeilijk te zien waar een spiegeling van al dat groen begint of eindigt. Alleen het hoge licht in het midden biedt een uitgang. Maar naar wat? Een prachtige, hopeloze foto.

12 | 11 | 2020
45

We Are Normal (und sind zufrieden) *

Zomaar. Alsof hier nooit iets gebeurd is. Het allemaal nooit heeft bestaan. Dat denk ik vaak als ik langs het American hotel, de Leidse Kade op rijd. Daar hebben ze ooit gestaan, de zes mannen van The Bonzo Dog Band. De hoesfoto van ‘The Best Of The Bonzo Dog Band’ bewijst het. 

Iedereen doet z’n best het vrolijk te houden: “we smiled our theatrical smiles”. In het midden zanger Vivian Stanshall en gitarist Neil Innes. Stanshall zwaait vol bravoure naar “hordes of fans”, of eigenlijk niemand, meer voor de foto. Beroemde mensen horen te zwaaien. Dat masker en de saxofoon van Rodney Slater staan voor ‘Theater en Muziek’. 

Waarom deze plek? Verbleven ze in het American? Het ‘Quentin’ Hotel voor artiesten, iets verder op de kade, paste toch meer in de lijn van hun belabberde status. Maar er zijn twee aanwijzingen die dat tegenspreken. Iedereen heeft een jasje aan. Dat van drummer ’Legs’ Larry Smith hangt losjes over z’n schouders, alsof hij even naar buiten is gekomen. Net als Dennis Cowan zit hij op een brommer. Dat doe je niet zo gauw als die voor een vreemd gebouw staan. Nu kunnen ze nog zeggen dat ze er logeren. 

Het mooiste detail is de fiets die op die treden ligt. Only in Amsterdam. Of de moeite die je hebt om Roger Ruskin Spear te vinden. De machinebouwer van ‘de Trouserpress’ lette even niet op. Eigenaardig dat deze foto de uiteindelijke keuze werd. Te weinig keus? 

De foto is gemaakt door fotostudio Nico van der Stam (MAI). Er staan bij hen opvallend veel popsterren op straat. Alsof het gewone mensen waren. Ze er zomaar even stonden. 

 * Uit: “We Are Normal” (Stanshall/Innes) - “The Doughnut in Granny’s Greenhouse” 1968.

7 | 11 | 2020
44

Op wereldreis met Ed en Gerda

Uit: de Katholieke Illustratie (26/09/1959), pagina 16-17: “Toen we het geld voor een sportwagen bij elkaar hadden, wilden we ineens helemaal geen auto meer hebben en daarom zijn we toen maar over een wereldreis begonnen”. 

Kijk, geachte K.I.-lezers, zó is het gegaan, zó zijn we op het idee van een wereldreis gekomen. Wij hebben nog geen kinderen en ik heb geen vaste baan. Ik ben mijn eigen baas en heb geen enkele vaste klant, hetgeen me altijd grote zorgen gebaard heeft, maar nu goed van pas komt. Ons huis hebben we voorlopig verhuurd en u betaalt via uw abonnementsgeld de honoraria, welke de K.I. ons voor een serie artikelen, waarvan dit de eerste is, onderweg nastuurt. Mijn uitgever publiceert na afloop een boek over de reis, de AVRO is zo goed geweest om mij een contract aan te bieden voor een reeks televisiefilms over onze avonturen en zo hopen we het te redden. 

We nemen weinig bagage mee en zoeken goedkope reisgelegenheden. We hebben al ontdekt dat er over de hele wereld Nederlandse boten varen, waaronder er zijn die nooit in Nederland of zelfs Europa komen, maar ergens in Azië of Zuid-Amerika een lijn of lijntje bevaren. Op de steun van veel Nederlandse reders kunnen we rekenen en daarmee ligt de wereld voor ons open. 

Om te beginnen gaan we naar de Afrikaanse Goudkust, langs Frans-West-Afrika en Liberia naar Ghana. Vandaar gaan we om de Kaap en over de Indische Oceaan naar Singapore en daarna naar China, dat wil zeggen naar Hongkong, want ik vermoed dat we Rood China niet binnen mogen. 

Vervolgens reizen we naar Japan en verder hebben onze plannen nog geen vorm. In alle havens onderweg gaan we steeds aan land; we blijven er zo lang mogelijk en willen zover als we kunnen ook het binnenland in. Dat is allemaal nog niet vooruit te bekijken, want het hangt ook van de bootverbindingen af. U leest er te zijner tijd wel meer van in de K.I. We hopen U spoedig de eerste reisreportage voor te zetten. Duimt u voor ons? 

Ed van der Elsken

4 | 11 | 2020
43

Night in Tunesia

Als Han Bennink gaat spelen verwacht je wat. Dat hij een been over z’n snaredrum legt, terwijl hij een ritme tikt op de klomp aan zijn andere voet en tegelijk een verzameling drumstokken met klaterend geweld over de grond laat vallen. 

Hier prepareert hij een rietje op zijn klarinet. Zoals John Cage een ‘Sonata voor een stille piano’ schreef, zou je deze situatie ook als een optreden zonder geluid kunnen zien. En nergens het benauwde gevoel dat er niks gebeurt en dat dit zo vol betekenis is. 

Wat ik me herinner is dat hij omschreef hoe het was om deze tentoonstelling van Sipke Huismans te openen en wat hij zou gaan spelen. Sipke had zijn armen over elkaar gevouwen, er waren zo’n twintig mensen, een intieme sfeer. Het zou klein en intens blijven. 

Het geluid van een klarinet is fris, houtachtig, kan opzwepend zijn, maar ook donker en vertellend. Het komt in de buurt van de menselijke stem. Ik las ooit de Amerikaanse omschrijving: “Reedy, Warm, Breathy, Dark/Bright, Heavy/LIght Flat”, bijna een songtekst. 

Sipke exposeerde ook beschilderde inlays uit de doosjes van cassettebandjes. De meest mysterieuze vond ik “Night in Tunesia”, naar het nummer van Dizzy Gillespie. Je kan de rillijnen er nog in terug zien. 

Je ziet ook palmbladeren en ondergrondse wortelgroei, een fata morgana van bergen in de verte, of zijn het pyramides? Maar vooral die enorme sterrenhemel. Dezelfde sterren als van Gogh schilderde boven zijn ‘Caféterras bij Nacht’; warm, heavy en dark/bright. 

Han Bennink raakte ze een voor een aan, ik werd betoverd en die inlay was verkocht.