Champagnevachtje
Het was Winterwonderland in Loods 5. Overal kleine niches met overdadige verleidingen. Alles wat we allemaal willen, volgens de producenten. Je kon je gelukzalig in een droomwereld van de beste bedoelingen wanen.
Het trekt me altijd weer. Verwijzingen naar het goede leven dat zo binnen handbereik lijkt, als je er met je boodschappenkarretje langs loopt. Goede stylisten weten hoe ze me bezig kunnen houden met smaakvolle suggesties. Zo zou mijn leven er bijna uit kunnen zien.
In dit hoekje begon het met dat witte bontje dat zo losjes gedrapeerd als een stola, aan de haastige thuiskomst van een diva deed denken. Die foto aan de muur suggereerde dat ze buiten beeld bezig was de ‘pink champaign’ uit te schenken. Er is gerekend op 4 personen en de suggestie dat er daarna gedanst gaat worden. Discoballen op tafel. Het vierde glas dat bovenop de andere drie staat, met dat charmante lintje, is vast voor mij. Waar komt de gedachte aan een bordeel opeens vandaan? Het glas is overvol en kan ieder moment overstromen. Overdaad ten top.
Lege kandelaars, een roze vaas zonder inhoud en goedkope stoeltjes brengen je gelukkig weer terug op aarde. Ik herinnerde me opeens de ‘geschenkentafels’ fotografie uit 1964. Op die foto’s zie je tafels waar toen begerenswaardige cadeaus op een kleedje waren uitgestald. Ze zijn vooral praktisch. Voor de dames is er een uitgebreide nagelgarnituur, een klein flesje parfum, een taartschep en een plaat van Errol Garner (“Magic Keys”) om op te dansen. Voor de heren een scheerapparaat, een pijp met asbak, een pakje Coopvaert tabak en een plaat van Dave Brubeck (“Time further Out”) om serieus naar te luisteren. Later werd hier de tekst: “Hartelijk Gefeliciteerd” in gedrukt en daarna als prentbriefkaart verkocht.
Ook al wordt er hier meer gevraagd van onze verbeelding, aan het stileren van onze dromen komt gelukkig geen einde.
In verwachting
Ik stond in de hal van ‘De Lokatie’ en keek naar deze koffer. Ik vroeg me af wat er in zou zitten. Daarna mocht ik ‘m pas openmaken om te kijken of m’n vermoeden juist was.
Een doelmatige en evenwichtige vorm, neutraal kleurgebruik. Ronde hoeken duiden op handig te vervoeren, net zoals de uitnodigende handgreep. Nergens bijzonderheden, deze koffer wil niet opvallen. Ik kan uit m’n herinnering de bekleding voelen (beetje ruw), en er een geur bij bedenken (naaimachine-olie). Het slotje duidt op privébezit en ‑gebruik.
Het doet me denken aan de koffer van een draagbare grammofoon die ik in 1967 kocht van een balletlerares in Breda. Daardoor kon ze haar eigen platen in de les afdraaien. Eigenlijk was het een draaitafel (Garrard 4HF) en een set van twee speakers. Ik heb er vaak ‘Focus’ van Stan Getz op afgedraaid. Nog steeds fantastische muziek. Ik had toen die hoesfoto van Pete Turner met zo’n highlight op het mondstuk van z’n tenorsax zelf wel willen maken.
Maar als dit ook zo’n pick‑up zou zijn hangt hij hier ondersteboven. En zou het gele gedeelte te diep zijn voor normaal bedieningsgemak. Zo’n groene deksel zou dan te plat zijn om die draaitafel voldoende te beschermen; dit is geen Garrard kloon.
Toen dacht ik aan een bandrecorder. Omdat het ook in de audiohoek zit? Maar ruimte om twee spoelen op deze breedte kwijt te raken is er ook niet. Een filmprojector misschien? Blijkbaar associëer ik deze vorm direct met de audioapparatuur uit de zestiger jaren.
Toen ik de kist ronddraaide zag ik nergens audio‑ingangen aan de zijkanten. Dat klopte dus. Nu mocht‑ie open. Het slotje gaf geen probleem, maar deze deksel was wel erg zwaar; het was niet de deksel maar de bodem van een ‘Olympia’ typemachine uit de zeventiger jaren.
Applaus
Doordat ik voor Dick Hauser wat foto’s van de Hauser Orkater productie “Zie de mannen vallen” uit m’n archief haalde, kwam ik deze foto van het applaus in de Shaffyzaal weer tegen.
Ik probeerde iedereen op een rijtje te krijgen. Niet gelukt. Er ontbreken twee Van Warmerdams, Mark en Vincent. Thijs van der Poll en Rob Hauser zijn ook buiten beeld. De halve neus is van Gerard Atema. En de twee technici, Dicky Schuttel (geluid) en Reinier Tweebeeke (licht) kwamen altijd wat later op de bühne. Dit zijn Eddie B. Wahr, Peer Mascini, Jim van der Woude, Alex van Warmerdam, Dick Hauser en Chris Bolczek. In m’n aantekeningen staat dat dit applaus op 1 december 1979 te horen was; 45 jaar geleden!
Vrij Nederland: ”De situaties zijn absurd en telkens getekend door een wankel evenwicht, dat gezocht wordt door mensen die juist in geen enkel opzicht hun evenwicht kunnen bewaren.
Dit vrij associëren met kleine situaties of attributen, dat nooit de andere kant dan de absurde mogelijkheden ervan zoekt, maakt van Hauser Orkater iets unieks. Alle medewerkers zijn uitstekende solisten. Zodra ze samen spelen is er een onmiddellijke eenheid.” (A. Koolhaas)