franfotoblog

5 | 4 | 2023
283

Hyper

Een overvloed aan details, alles wil evenveel aandacht. Ik zie wel een overeenkomst met het hyperrealisme in de schilderkunst, maar dan reëel, niet kunstmatig.

Het hyperrealisme en fotorealisme in de schilderkunst zijn twee stromingen die de concurrentie met de fotografie aangingen in de zestiger jaren. Bij dat hyper kreeg ik vaak het gevoel ook met een wat maatschappijkritisch oog te moeten kijken. Zoals overdaad in consumptie. Bij het fotorealisme leek het er meer om te gaan wie de kampioen fijnschilderen zou worden, zodat je het echte niet meer van het kunstmatige zou kunnen onderscheiden.

Toen ik naar deze raststätte liep werd ik ondergedompeld in een combinatie van dit licht, het tijdstip, deze plek en architectuur en deze gewoontes. Dat licht; verzadigder kan het niet. ‘The golden hour’, een uur voor zonsondergang. Het oranje maakt alles melodramatischer, zonder absoluut drama. De schaduwen lopen niet dicht en de hoge lichten blijven gedekt.

Opeens wil iedereen eten, na uren in die auto even iets anders. Daar zijn dit soort restaurants voor neergezet. Gebouwd in een stijl die net zo tijdelijk aandoet als de benzinestations en snelwegen waar ze door omringd zijn. Ordelijke parkeervakken, schone toiletten, picknick-ameublementen op perfect gemaaid gras. Autocultuur in optima forma. Zo’n onderbreking van een lange autorit komt altijd droomachtig op me over. Je bevond je al in een soort tijd- en ruimtecapsule en dit moet het allemaal weer normaal maken? Gaat gewoon verder.

Het vluchtige werd nog groter doordat hier iedereen al lawaaierige vakantiekleding droeg, slippers aan had, op barkrukken zat en de eventuele moeders uit het zicht waren. Vaders en zonen, een mannen- en patatcultuur in doorgangsrestaurants op weg naar de zon. Heerlijk!

2 | 4 | 2023
282

Over the hills and faraway

Vanochtend bij de opening van de verkeersberichten op de radio, hoorde ik presentator Dennis Mooij het weer even anders aanpakken. Hij waarschuwde ons dat er “rode achterlichten tot aan de horizon”, te zien waren. Was meteen wakker.

Ik ben nog steeds bezig deze zin te herhalen. Overweeg ook alternatieven; waren het geen “rode remlichten”? Een alliteratie blijft langer hangen, maar remlichten zijn altijd al rood, het zou de geloofwaardigheid van wat hij zou gaan zeggen vast hebben verminderd.

Bij dat “Tot aan de horizon”, zie ik een lichte stijging van het wegdek aan het eind van de snelweg. Anders zou je die aan het begin van zo’n file niet kunnen zien. Maar waar heb je dat in dit vlakke land? En wat komt daarna? Een afgrond? Donkere wolken? Misschien maakte Dennis een bruggetje naar de weerberichten die hierna zouden komen?

“Tot aan de horizon”, komt ook heel filmisch over. Lucky Luke, Charlie Chaplin of het hele orkest van Count Basie (in de film ‘Blazing Saddles’), waren ooit zo uit beeld verdwenen. Alleen de mededeling “The End” ontbreek dan nog. Een klassiek einde, net zoals helden en heldinnen “nog lang en gelukkig” leven. Bijzonder om je rubriek zo te openen.

En wat moet je met zo’n mededeling als je zelf tussen die achterlichten zit? Waarom staan die eigenlijk aan als je toch niet rijdt? Of doet ieder dat op z’n beurt in zo’n baan, waardoor het lijkt of iedereen constant z’n lichten aanheeft? En luister je dan naar Dennis die wat verstrooiing biedt?

Pure poëzie, ik kon er weer uren mee vooruit.

29 | 3 | 2023
281

Nergens een asbak

Soms weet je ‘s ochtends even niet waar je wakker wordt. Geluiden die je niet kent, een vreemde omgeving. Je bent op vakantie, alles is mogelijk. En dan langzaam de herkenning hoe je de wereld achter liet toen je ging slapen. Alles weer op een rijtje.

Hoe we de avond ervoor in deze kamer terechtkwamen, blij een onderdak te hebben gevonden. Een café waar je boven de gelagkamer een kamer kon huren. Ooit hadden handelsreizigers en commensalen hier hun toevlucht gezocht als ze hier ook waren blijven steken. Vergeten geschiedenissen uit de provincie. In Parijs sprak men dan tenminste nog van een ‘hotel’, ook al was het een mansarde “dans une coin du ciel”, zoals Yves Montand zong.

Als je ze op straat zag lopen viel er niks aan op te merken. Verzorgd uiterlijk, een ontwapenende vertegenwoordigerssmile en makkelijk in de omgang. Dat ontstond allemaal in kamers zoals deze. Alles wat ze nodig hadden was een reisnecessaire en de monsterkoffer. Desnoods een dompelaar om water op te warmen voor het scheren of een kopje Nescafé. Pickwick theezakjes kwamen pas op de markt in 1962.

Alles in deze kamer was voorwaardelijk, zoals elke wachtkamer. Eigenlijk hoorde ze leeg te staan, er was niets gedaan om een langer verblijf aangenaam te maken. Ik zag het terug in de stoel die in de hoek stond. De enige afleiding naast een wastafel en het bed. Geen comfort, daarom waren de zitting en rugleuning van skai. Makkelijk te reinigen en laat geen sporen na.

Nog meer tijdelijkheid; behang van zulke dunne kwaliteit dat het plooien trekt als het een hoek om moet, de dungeschilderde plinten en de afgezaagde gasbuis waarvan een restje in dezelfde kleur als het behang. Het stond te wachten op de uiteindelijke verwijdering die maar niet wilde komen. Maar je wist maar nooit. Zelfs niet als je wakker werd.

26 | 3 | 2023
280

Fonofotografie 28

Moshe Brakha:  Richie Havens - The End of the Beginning