franfotoblog

22 | 3 | 2023
279

Mendocino

Ik weet zeker dat hier spiegelgladde witmarmeren tegels op de vloer liggen, de kachel op 19 staat en het volume van Peter Gerhold’s orgel op huiskamersterkte is afgesteld. We horen de wat tragere, Duitse versie van ‘Mendocino’, oorspronkelijk een hit van het Sir Douglas Quintet uit Texas (1969).

Peter’s gezicht straalt uit dat het niet om zomaar deuntjes spelen gaat. Muziek is niet plezierig, maar een hindernis die je moet nemen, zoals alle grote muzikanten laten zien. Zijn rode hemd en die kussens zorgen voor wat warmte in deze koelcel. Ik probeer me voor te stellen hoe dat voelt, een orgel naast een bed. Even wachten tot hij z’n hoofd naar achteren trekt en je die koekoeksklok er ook nog op hebt. Past perfect bij dat sneeuwlandschap met die schijn van eeuwigheidswaarde van Bob Ross. Alles klopt.

In het Duits heeft 'Mendocino' een andere strekking. De zanger beklaagt zich dat hij dat meisje uit Mendocino maar niet terug kan vinden, iedere dag rijdt hij heen en weer. Niemand kent haar. Sir Douglas had het meer over “Fast talkin’ guys with strange red eyes, have put things in your head and started your mind to wonderin”.

Dit is Gerhold waarschijnlijk niet bekend of misschien heeft hij z’n leven gebeterd. Nu kijkt hij als een Jehova getuige die alles beter weet. Of het is de concentratie. Een voorloper van Joke Meijer uit Vlaardingen, die furore maakte met haar orgel tijdens de coronacrisis op Youtube. Je zet de ritmebox aan, stelt de echo in en bemoeit je alleen met de melodie. Geen frikbillen, alles binnen de lijntjes en het zal goedkomen.

Nu snel naar: “Der alte Jäger von Silbertanen Tal”, of toch “Ich kom heut Nacht mit Rosen zu dir”? Past wel bij die kussens en dat ijslandschap. Gezelli !

19 | 3 | 2023
278

Zu Hause

Zo te zien niks mis mee. Een paar Polaroids van trendy zeventiger jaren huiskamers. Een beetje overvol en wat nadrukkelijke details, maar alles in stijl. Nergens binnenhuisarchitectuur, meer hoe krijg je vier man rond deze tafel. Hier zou je gewoon gelukkig kunnen zijn. Afbeeldingen van een simpel en normaal leven. Een eigen huis, een plek onder de zon.

Ook de drankvoorraad is niet exorbitant. Een foto van een fles jonge jenever van de firma Henkes omringd door wat buitenlandse drankjes in een onhandig kastje, nou en? Mensen reizen en nemen souvenirtjes mee. Toch raar dat die bewoners zichzelf wilden overtuigen, of iets vastleggen voor later, en deze details kozen.

Want foto’s zijn er toch om iets bijzonders te laten zien? Als ik naar de documentachtige fotografie van de Frankfurter Schule (o.l.v. Bernd en Hilla Becher) kijk, zie ik wél een overeenkomst. Ook deze twee Polaroids zijn totaal emotieloos. Alles is gelijk, niets wordt benadrukt, nergens iets interessants. De fotograaf wil de kijker niets opdringen.

En toch zijn ze niet onbesmet. Ze horen bij de categorie ‘bewijsfotografie’. Zoals je ze ook aanlevert voor een verzekeringspolis. Alleen is dit dreigender. Als de Oostduitse geheime dienst een woning bezocht, tijdens de afwezigheid van de bewoners, werden er eerst foto’s gemaakt van de originele indeling zodat alles later weer precies kon worden teruggezet.

Iemand anders heeft iets gezocht tussen je spullen. Met die gedachte wordt het drankenkastje opeens ook een aanwijzing over de labiliteit van de huiseigenaar. Of over zijn bestedingspatroon, het imponeergedrag of Westerse gewoonheden. Het enge is dat je er van alles aan vast kan knopen, en dat het nooit positief zal zijn.

Op deze foto’s zou schuld zichtbaar moeten zijn, van daders tegenover bewoners. Alleen nergens te zien. Niemand ziet het, iedereen weet het. U nu ook.

15 | 3 | 2023
277

Mekanik Kommando

Als ik deze foto nu bekijk vraag ik me af of ik me toen ook maar iets heb aangetrokken van het soort muziek dat Mekanik Kommando maakte. Ik ken die nu nog niet.

Ik vond de fotografie belangrijker. Hoe zet je een groepje mensen bij elkaar, zonder een elftalgevoel. Die bandjes waren oefenmateriaal. Als de foto goed was hadden zij er ook baat bij. Mekanik Kommando had haar oefenruimte in een gekraakte parapluiefabriek in Nijmegen. Dat klonk goed, wel oppassen voor het cliché van een oude industriële omgeving.

Hier allemaal niet het geval. Anonieme lege kantoorruimtes in neonlicht, passend bij deze ‘blank generation’ met rare groepsnamen. Het daglicht kwam binnen door hoge vensters, zodat de voormalige werknemers niet afgeleid konden worden.

Na de voordeur, de tuin en een gedeelte van een ruiterstandbeeld om de hoek, terug naar binnen. Binnen had ik een leeg lokaal met een mooi bovenlicht ontdekt. In de hoek is een deur uit de omlijsting gehaald en op de grond gelegd. Door de opening komt een bak zonlicht naar binnen.

Maar het beste is een lange lat die schuin omhoog tegen de muur aan staat. Ik zie er meteen een zonnestraal in en vraag de groep op de grond te gaan zitten. Nu kan ik het zonlicht beheersen door hun hoofden als tegenvormen te gebruiken. Overstraling gaat de omtrek dan wel vervormen, het wordt een oefening in het openhouden van het donker (broek jongen op rechts), en het licht op het trio links van me. Als bonus krijg je onder de lat bandlid nummer vijf. Ik wacht even af tot alle koppen in de uiterste hoeken contact met elkaar hebben en ik heb waar ik voor kwam.

276

Routing

Bij het Fotomuseum Rotterdam gaan ze er vanuit dat je het publiek niet op een natuurlijke manier langs het werk van Johan van der Keuken kan laten lopen. Voor alle zekerheid werd er daarom achterop de catalogus een kaartje meegedrukt. Het zwarte driehoekje had me moeten waarschuwen: entree doolhof.

Een kern van zijn werk bestaat uit tegendraadsheid en holisme. Er zit altijd een lichte vertraging in het vinden van de boodschap of bedoeling in. Zoals je poëzieregels ook niet in één keer tot je kunt nemen. Niks mis mee.

Een normale opbouw bij het bekijken van  zijn werk in het Fotomuseum zat er dus niet in. Dit moest je thematisch ondergaan. Van het kastje naar de muur en terug, dan van hot naar her om ergens anders weer opnieuw te beginnen. Nummer 20 werd zes keer aangegeven, overal hing wel wat.

Ik weet nu nog niet of ik alles wel gezien heb. Misschien een volgende keer.