franfotoblog

22 | 8 | 2021
117

Zucht

Vroeger begreep ik dit soort foto’s niet. Het ging lang niet altijd over reclame voor nylonkousen. Het kon ook om auto’s gaan of sigaretten, schoenen of vloerbedekking, een avondje uit of vaker de taxi pakken. Maar altijd met benen van verleiding. 

Ging het nou om de vorm van zo’n vrouwenbeen of wat ze aanhad? Of misschien net op het punt stond weer uit te doen? Films uit die tijd gebruikten de nachtclub als metafoor. De onderwereld, foute muziek, veel roken, lelijke dikke mannen, slechte vrouwen en drank om alles te vergoeilijken. Dan stopt er een auto, je ziet een close up van een deur die opengaat. Er komt een damesbeen naar buiten; madam is gearriveerd. Action! 

Ik weet niet wie dit gefotografeerd heeft, maar wat een finesse. Het koele blauwe licht dat iedere passie doet bevriezen. Het zal van deze benen moeten komen. Of van onze gedachten bij het kijken ernaar. Hoe een roodbruin stukje zool, bijna op het kruispunt van diagonalen, een verleidelijk aanzetje wil geven tot opflakkerende ‘passie’. De zachte glans van nylon, strak verpakt vlees. De betekenis van een kunstmatige naad. Is dat een barkruk? Is er nog meer te zien? 

Overal geheime tekens, nergens houvast; levensgevaarlijk. Intimiteit op afstand. 

En dan zie ik twee gaatjes in deze oorlogsuitrusting. Halverwege de zijkant van de linkerdij en net onder de rand van het ‘manchet’ van deze kous. Die maken het goddelijke opeens menselijk. Bij zoveel perfectie kan dit geen toeval zijn. Het is opzet, ze maken het realistischer; de finishing touch.

18 | 8 | 2021
116

Lunchpauze

Je zou zeggen, gewoon een meisje dat een flesje Cola drinkt terwijl ze tegen een boom leunt. Over een half jaar(?) zou dat misschien de waarheid zijn. Nu niet. Je kunt er de lamlendigheid van dit Coronatijdperk in terugzien. Wachten, wachten en wachten. 

Maar heb ik dat wel goed gezien? Zitten de beelden van de dertiger jaren, niet in de weg? Gebruik ik geen beeldtaal uit een andere tijd? Misère en openbare dronkenschap? En helemaal waar vrouwen dat doen? Hoe ging dat liedje van The Kinks ook alweer? Op de Lp ‘Muswell Hillbillies’ staat het nummer: ‘Alcohol’, over “a sinner who used to be a winner”, en die in de goot eindigt. “Barley Wine, pink gin. He’ll drink anything. Port, pernod or tequila. Rum, Scotch, Wodka on the Rocks, as long as all his troubles disappeared.” Maar zij drinkt Cola, ze zoekt vergetelheid. 

Het deed me ook denken aan de schoolpauzes die je zelf moest invullen als puber. Van gejat geld, snoep of chips kopen. Meteen op straat opeten. Nog net niet roken. Een boom biedt daarbij al eeuwen natuurlijke steun, een lantaarnpaal zou het te grootsteeds maken. Natuur als medicijn tegen hopeloosheid. Maar het gemarmerde wateroppervlak versterkt de onrust weer. Het gevoel van een eindeloos vooruitzicht, dat er aan deze misère in je leven nooit een eind lijkt te komen. Je weet niet beter, het is voor het eerst dat je zoiets meemaakt. 

Misschien was het beter geweest als ik even met haar was gaan praten.

14 | 8 | 2021
115

K. Schippers  1936 - 2021,  uit  ‘De laatste keuze’ van Philip Mechanicus  1936 - 2005

11 | 8 | 2021
114

Messer im Kopf

Sinds ik de serie ”Beauties of the common tool” van Walker Evans heb gezien, kijk ik anders naar gereedschap. Hij wilde de schoonheid van het ontwerp en het materiaal laten zien: “Among low-priced, factory produced goods, none is so appealing to the senses as the ordinary hand tool. Hence, a hardware store is a kind of offbeat museumshow for the man who responds to good, clear ‘undesigned’ forms.”    - Walker Evans, Fortune 1955 

De aandacht voor gebruiksvoorwerpen was voor Evans belangrijk. Zijn manier van denken en kijken werd er door versterkt; nooit iets romantiseren. En altijd goed opletten, nergens overheen kijken, alles is bruikbaar. Eigenlijk het uitgangspunt van iedere verzamelaar, jutter, morgenster of hoarder. Je krijgt er nooit genoeg van. 

Het kwam ook door de manier waarop Evans dat gereedschap had gefotografeerd. Alles met zacht licht. Op de originele afdruk van een prachtig slank tangetje kan je een vage schaduw van het voorwerp naar de witte achtergrond zien lopen. Hij legde het gereedschap op een pootje, verdekt opgesteld onder het voorwerp. In de publicatie is dat verdwenen door het tegenhouden tijdens het afdrukken, of weggeretoucheerd. 

Zwevend staal in een witte ruimte. Geen schaduw meer, los van het aardse bestaan. Geen geschiedenis meer, los van iedere dimensie. Het is ook de ontkenning van de zwaartekracht, waardoor dit kleine gereedschap een extra glans kreeg dat ze daarvoor niet had. Nog steeds geldig.

Afbreekmes gevonden in de Prinsenstraat, Amsterdam