franfotoblog

20 | 10 | 2021
133

Intimi en Vreemden

Ik ben wel blij met de titel van dit stukje. Gehoord op de radio. Dat je een uiteindelijke keuze voor een titel hebt uitgesteld en op z’n beloop hebt gelaten, betekent nog niet dat je het vergeten bent. Ik blijf dan alert op alles wat voorbij komt en eventueel bruikbaar is. Dit was zo’n moment, de cirkel was rond. 

Het eerste wat ik dacht toen ik de affiche voor de nieuwste film van Alex van Warmerdam zag, was dat ik zo’n situatie tussen twee mannen ergens anders van kende. Natuurlijk uit allerlei films, maar deze keer ook van een flmstill. Ik zag het gezicht van Michel Piccoli voor me, vooral die bril. Het bleek een scène uit ‘l’Attentat’ te zijn uit 1972, van Yves Boisset, met Michel Piccoli en Gian Maria Volonté. 

Ik kan me niet voorstellen dat Van Warmerdam op de hoogte was van een zekere gelijkenis, en het meer mijn rare associatie is dat ik deze twee beelden aan elkaar koppel. Ze hebben hetzelfde uitgangspunt. De suggestie van een ernstig gesprek, of misschien beter: een onderhoud. Dat klinkt wat gebiedener, wat dreigender. Zoals de Capo het altijd goed met je voorheeft, en jij weet dat dit niet zo is. Maar je moet wel. 

Op de affiche lijkt de linker figuur juist iets te zeggen en de rechter man zijn oren niet kan geloven, er staan rimpels tussen zijn wenkbrauwen en hij trekt z’n mond iets omhoog. Dit zou de verbeelding van een gerucht of roddel kunnen zijn. Iets intiems. 

Maar die bril doet hier zijn werk, de spreker wil anoniem blijven en wordt daardoor gevaarlijk. Een man met duistere bedoelingen. Op de foto is dit moment al gepasseerd, Piccoli lijkt af te wachten wat het effect van zijn woorden zijn. Nu buigt de tweede man het hoofd. Wordt hij beschuldigd, wil hij iets niet aanvaarden of overweegt hij iets? 

We zullen naar de film moeten om het raadsel op te lossen.

13 | 10 | 2021
132

Kop en schotel

Als kind had je niet zo veel in te brengen als het over belangrijke dingen ging. Dat gold ook voor de eerste Heilige Communie. Het was iets dat ik over me heen liet komen; ik begreep er niets van. Het voelde meer aan als een plicht ten opzichte van je ouders, dan dat ik er zelf iets aan had. Een echte rite de passage. 

Ik kreeg wel een nieuw pakje aan, grijs, op de foto’s te zien. En ik mocht plaatjes uitdelen waar mijn naam op stond boven een stukje met stichtende woorden. De herinneringsoorkonde van die dag heb ik nog op zolder hangen. Voorbedrukt en later met mijn naam en datum ingevuld. Van die dag kan ik me niets meer herinneren. 

Later werd het me duidelijk dat ze er beneden de rivieren anders over dachten. 

Als je naar deze kop en schotel kijkt, moet het er daar grootser zijn gevierd. Soms kom je ook cassettes tegen waar nog de vormen in terug te zien zijn van een vork en een lepel, het eerste communiebestek. Messen ontbreken, een kind van die leeftijd kreeg alles keurig voorgesneden op z’n bordje. 

Het gouden randje op kop en schotel doet bij alle afgebeelde symboliek van korenaren en druiventrossen wat werelds aan. Je had schijnbaar een overwinning op iets behaald, en van zo’n hoog niveau dat je hier alleen op zon- en feestdagen thee uit mocht drinken. Of misschien helemaal nooit niet, als je het zou breken was alles voor niets geweest. 

Precies op de plek waar je je onderlip plaatste stond nog eens een vergulde vermelding van deze grootse gebeurtenis: ”Herinnering aan 'mijn' H. Communie”. Alsof je jezelf daar voortdurend aan wilde herinneren, al die anderen er part noch deel aan hadden.

10 | 10 | 2021
131

De Franse slag

Twee seconden in beeld: een blauwe platenwinkel in Parijs. Eigenaardig … Maar er is al weer een volgend beeld dat je aandacht vraagt. Matthijs van Nieuwkerk en Rob Kemps stappen voor hun tv-programma over chansons hier naar binnen. Op het uithangbord boven de ingang staat “Chansons!”. Ik kan me bij ons geen pui voorstellen waar “Levensliederen!” op zou staan. Te veel Hollandse nuchterheid. 

Het programma laat ook zien hoe we in Nederland het Franse ‘joie de vivre’ ervaren. Net als Japanse toeristen die Marken en Volendam voor zich zien, als ze nog in Tokio zijn, of Amerikanen die geloven dat we hier op klompen lopen. Met deze twee enthousiaste mannen zwerf je door een Parijs dat nooit bestaan heeft maar, zoals in een sprookje, heerlijk is om in te geloven. 

Die blauwe gevel bleef knagen. Ik wil er ook heen. Maar hoe kom ik achter het adres? Als je “Record Store / Chansons / Paris” in de zoekmachine invoert kom je nergens. En het  promofilmpje voor “Chansons!” levert een onscherp beeld op. Welk arrondisement of straatnaam? Google’s Streetview heeft betere beelden. Maar eerst nieuwe  zoektermen. Op de gevel staat nog meer: “Blues & More” en “CD. Vinyles”. Beter? 

Zo kom ik op “Paris Jazz Corner” in de Rue Navarre uit. Het ‘Chansons!’ bord is over die naam heen gemonteerd! Zou de eigenaar hier content mee zijn? Wie heeft dit bedacht? En waarom? Zelfpromotie? Of het belang van letterlijk ‘chansons’ binnen te gaan?   

Van de verzorgde typografie van de titels, de zingende voorbijgangers op de Champs-Élysées die allemaal een stukje van een chanson meezingen, alsof tout Paris zo door de straten gaat. Dit programma ademt een stille perfectie in de productie, die eigenlijk haaks staat op dat losse gevoel dat beide heren propageren. De Franse slag restyled. 

“Emmenez-moi au bout de la terre / Emmenez-moi au pays des merveilles” (Charles Aznavour) 

Foto (rechts) Google