franfotoblog

14 | 7 | 2024
409

Meneer Katan

Ik bedenk me nu pas dat ik hier eigenlijk weer bezig ben met een vraagstuk uit 1967. Nooit opgelost. Afkomstig van Hans Katan, voor mij toen de meest inspirerende fotografiedocent op de akademie St. Joost in Breda.

Hij zei: “Als je op een vuilnisbelt staat en je ziet iets bijzonders, maar het ligt niet helemaal zoals jij dat wilt, moet je het dan beter leggen of achter je rug gooien en hopen dat het wel goed terecht komt?”

Je loopt op straat, de verrassing van een ‘vondst’ is daar het grootst. Je ziet iets opmerkelijks, er klopt iets niet of juist wel, je maakt een foto. Of je neemt het meteen mee naar huis en legt het in de scanner en isoleert het. De eerste foto is realistisch, de tweede kunstmatig. Een chique lint in verval, onderdeel van straatvuil of op zichzelf staand. Wat is het verschil tussen objectief of subjectief fotograferen, daar ging zijn vraag natuurlijk over. Laten zoals het is of ingrijpen? Tot hoever mag je gaan met het veranderen van de werkelijkheid?

Voor beide opnames gaat het ook om de bijbetekenis. Wat denken we als we dit hebben gezien? Willen we een tegenstelling of een eerbetoon? Voor deze blog mag ik alles, beide oplossingen hebben ‘soul’, er is niet één oplossing.

Ik kan ze ook nog naast elkaar zetten als een soort verloop in tijd. Van anoniem naar speciaal. Maar ze gaan ook over meer over dan dit lintje. Het zijn die vijf letters. Ik leun op een reputatie, een legende. Als er ‘Hema’ op had gestaan was ik waarschijnlijk doorgelopen.

10 | 7 | 2024
408

Frankrijk - Spanje: Jamal scoort, 1-1

Ik ben altijd een slechte timer geweest. Meer geïnteresseerd in de ontwikkeling dan in het moment zelf. Liever het geheel dan een onderdeel ervan. Een bewijs van emotionele distantie? Het wordt me daarin steeds makkelijker gemaakt. Niet alleen de pieken, ook periodes ervoor en erna zijn nu van belang.

Sportfotografie was niks voor mij. Ik kon wel iets zien aankomen, maar nooit het juiste moment vastleggen. De magie van het in de toekomst kunnen kijken ontbrak. En dan net voor het moment zich voordeed, je sluiter openen. Persfotografen moesten dat nog meer hebben. Daar houden de nieuwsfeiten zich nooit aan vaste patronen, spelregels of witte kalklijnen. In Cartier Bresson’s theorie over ‘The Decisive Moment’ zit altijd wel wat speling, maar in de sport-, natuur- en nieuwsfotografie is het moment dan echt voorbij. Dat zie je.

De moterdrive heeft het een stuk makkelijker gemaakt. Door meerdere opname’s snel achter elkaar te maken kun je het juiste moment er makkelijk uit halen. Er wordt nu meer naar de sfeer gekeken. Niet alleen de score, ook het publiek of de omgeving zijn belangrijk.

Bij het voetballen op de televisie wordt een doelpunt altijd vanuit verschillende hoeken herhaald. Toen Jamal tijdens de wedstrijd tussen Spanje en Frankrijk de Spaanse gelijkmaker scoorde, schoot hij de bal in de uiterste hoek van het Franse doel, onbereikbaar voor de keeper.

Ik had het geluk dat het in de eerste helft gebeurde, waarin Franse supporters (les Bleus) achter het Franse doel, hun ploeg aanmoedigden. Het moment surprême was het besef dat de Franse voorsprong voorbij was. Sommige fans verkeren nog in feestvreugde, de man vooraan grijpt al naar z’n hoofd. Je mag ook dankbaar zijn voor de gele kleding van Mike Magnan, de keeper. Allemaal toeval. Want is die bal nou echt achter de lijn?

Beeld: NOS / NPO 1 Live
30 | 6 | 2024
407

Cool

Mededelingen van Chanel in de Ferdinand Bolstraat op de haltes van tramlijn 3 en 12. Het zijn statements; verklarende tekst bij Chanel ontbreekt wel vaker. Ik heb hier een witte pagina uit de Vogue hangen waar alleen maar No 5 op staat. Op deze affiches zes letters in een lettertype dat ik me niet bij anderen kan voorstellen.

Goed, als we het dan zelf moeten uitzoeken, eens kijken of ze niet te kortaf zijn. Ik houd er wel van om verkeerde uitspraken te doen als de boodschappers me buitensluiten.

Mijn voorkeur heeft de linker abri. Het kapsel van dit model doet meteen aan Grace Jones  denken. Die liet haar uiterlijk ontwerpen door Jean Paul Goude. Hoewel die silhouetwerking ergens iets rascistisch heeft (het gaat hier meer om een ‘type’ dan een mens), zie je ook een ijzersterke zwart/wit verhouding in vorm en tegenvorm. De beheerste diep donkerblauwe belichting (voorhoofd en tegelijk onderkant kin!) verraadt vakmanschap. Dunne witte lijntjes die het brilprofiel accentueren. Het licht dat er op weerspiegeld wordt, waardoor je bijna kan raden van welk materiaal hij gemaakt is. Dit beeld vergeet je niet gauw; dit is geen bril meer, maar een monument.

Wat me ook opviel bij deze posters zit in de zwarte randen van het kader. Die heilige ‘zwarte randjes’ die aangaven dat je het hele negatief had gebruikt en dus niets wegliet in je afduk. Waar ooit ‘Kodak’ of ‘Agfa’ stond, staan nu twee in elkaar vervlochten ringen, de naam ‘chanel’ en “5>31”. Naast alle andere producten maken ze dus ook filmmateriaal.

26 | 6 | 2024
406

Perry Mannekens

Waarom blijft dit boeien? Een abstracte etalage? Die ring? De mens als anonieme massa? Lichamelijke volmaaktheid? De gaskamers? Blote mannen? Wijzelf?

Toevallig staat er nu een CD op van Kraftwerk met het nummer ‘Robots’ uit 1978. We zullen ons in ze moeten gaan verplaatsen, het lijken al soortgenoten. Hier in de etalage van Perry Sport een voorbeeld van het ideale, onbesmettelijke witte soort. Ook voor de niet-blanke consument?

Binnenkort zal dit perfecte model toch weer zijn aangepast. Eigenlijk niks mis met deze, maar koppen als moterhelmen zijn dan niet meer van die tijd. Of we hebben andere ideeën over sixpacks. Eugène Atget maakte in 1927 een foto van een etalage: ‘Avenue des Gobelins’. Je ziet mannelijke poppen met snorren en strooien hoedjes, maar wel gezichten. Ze werden toen meer als ‘types’ voorgesteld: joviaal, succesvol, jong of romantisch.

Nu worden we vanuit de detailhandel voorzichtiger benaderd. “Showroomdummies” (Kraftwerkliedje, 1977) zijn geen rolmodellen meer. Ik word zelfs niet jaloers op die strakke sixpacks. In zijn tentoonstelling ‘Animated Mannequins’ uit 2011, projecteerde Jean Paul Gaultier filmpjes met gezichtsuitdrukkingen op de gezichten van dit soort poppen. Alleen het gezicht bewoog, leek te spreken en toonde emoties.

Hoe voelen de mensen die deze poppen verplaatsen zich? Waarom hebben ze die hier voor het raam gezet? De meeste ruimte? Extra aandacht? Omdat Perry Sport voor een gedeelte failliet is? M’n ogen/hersenen switchen voortdurend tussen het aangekleed zijn en het bloot, tussen het toevallige en een zekere opzet in hun plaatsing. Of naar die samengeknepen billen van onbesproken gedrag.