Stickers
Net terug van een stickerspeurtocht. Die ik zocht zat vorige week op een verkeerslicht. Maar waar was dat ook al weer? Andere dringen zich op. We moeten paraplu's boycotten (met dank aan The Clash), en heel modern, NOS = fake nieuws. Weinig oogst. Veel schoongekrabte palen, dat wel.
Gedachteloos, maar geconcentreerd op het wisselen van rood naar groen, liet ik toen m’n blik een beetje door de omgeving zweven. Daarvoor zitten die stickers op die palen. Morseberichten uit de actualiteit. Boodschapjes die maar een paar seconden van je tijd willen. Sommige bedoeld als doordenkertjes. Net kort genoeg om direct weer op de fiets te springen en verder te rijden. Bij zebra's zie je ze veel minder.
Opeens zag ik een beeld op zo’n sticker dat ik lange tijd niet meer had gezien. Vijf vrouwen op een rij hielden hun kleren omhoog en lieten hun navels zien. Op het blote vlees stond met lippenstift geschreven: “Baas in eigen buik”. Een van de iconische foto’s uit de tweede feministische golf. Niet van Eva Besnyö, maar van Jaap Herschel.
Waarom die foto al zo’n 50 jaar in m’n geheugen vastzit, moet te maken hebben met veel verschillende lagen en betekenissen. De directheid van ‘ik sta hier en ik kan niks anders’. Intimiteit voorbij. Het lichaam als mededelingenbord, de laatste strohalm. De rechtvaardigheid van de boodschap. De simpelheid. Dezelfde directheid als Pussy Riot. Slim; erotiek gekoppeld aan strijdvaardigheid, geen krant zal dat weigeren. Dat er nu in Polen nog over wordt gezeurd. Mannetjes zouden even hun mond moeten houden. Dat we vijftig jaar verder zijn! Een minderheid dicteert nog steeds de meerderheid.
Achter me wordt gebeld, het licht staat op groen.