Kop en schotel
Als kind had je niet zo veel in te brengen als het over belangrijke dingen ging. Dat gold ook voor de eerste Heilige Communie. Het was iets dat ik over me heen liet komen; ik begreep er niets van. Het voelde meer aan als een plicht ten opzichte van je ouders, dan dat ik er zelf iets aan had. Een echte rite de passage.
Ik kreeg wel een nieuw pakje aan, grijs, op de foto’s te zien. En ik mocht plaatjes uitdelen waar mijn naam op stond boven een stukje met stichtende woorden. De herinneringsoorkonde van die dag heb ik nog op zolder hangen. Voorbedrukt en later met mijn naam en datum ingevuld. Van die dag kan ik me niets meer herinneren.
Later werd het me duidelijk dat ze er beneden de rivieren anders over dachten.
Als je naar deze kop en schotel kijkt, moet het er daar grootser zijn gevierd. Soms kom je ook cassettes tegen waar nog de vormen in terug te zien zijn van een vork en een lepel, het eerste communiebestek. Messen ontbreken, een kind van die leeftijd kreeg alles keurig voorgesneden op z’n bordje.
Het gouden randje op kop en schotel doet bij alle afgebeelde symboliek van korenaren en druiventrossen wat werelds aan. Je had schijnbaar een overwinning op iets behaald, en van zo’n hoog niveau dat je hier alleen op zon- en feestdagen thee uit mocht drinken. Of misschien helemaal nooit niet, als je het zou breken was alles voor niets geweest.
Precies op de plek waar je je onderlip plaatste stond nog eens een vergulde vermelding van deze grootse gebeurtenis: ”Herinnering aan 'mijn' H. Communie”. Alsof je jezelf daar voortdurend aan wilde herinneren, al die anderen er part noch deel aan hadden.