Blauw Blauw
Een peperbus in blauw, ik hoorde het naderen van een tram en wilde die erbij betrekken. Wat zou dat gaan opleveren? Hoe snel rijdt-ie en hoeveel blauw zal er blijven hangen? Komen die twee voorbijgangers dan nog net op tijd achter die zuil vandaan?
De tram kwam de bocht om. Ik had het net met Reinier Gerritsen gehad over zijn foto’s voor het boek “Wall Street Stop”. Het ging over de deuren van de metrotreinen in New York. Die deden me denken aan sluitergordijnen. Dat wilde ik hier ook.
Die tram moest het beeld half afsluiten. Het was laat in de middag, nog genoeg licht om buiten wat te zien, in de tram was het licht al aan. Er zou een streep van licht langs de zuil glijden. Ik maakte drie opnames, kop, midden en staart van de wagen. De camera stond op 1/8, diafragma F5, 6, net genoeg om ‘m doorzichtig te maken en nog wat scherptediepte over te houden.
Over de voorbijgangers was een vage witte schim blijven hangen in de vorm van de achterkant van de tram. De remlichten gaven extra vaart aan de beweging. Pas later herinnerde ik me de betovering van een foto van Bert Nienhuis uit 1981.
Een rij mannen, ‘s ochtends vroeg in het halfduister, op de Raamgracht, wachtend op het verlengen van hun verblijfsvergunning. Bert had gebruik gemaakt van een voorbijrijdende tram om het binnenlicht als een felwitte lichtwand achter ze op te trekken. Zo werden het silhouetten, anders waren het schimmen gebleven. Nu net iets meer mensen.